Sneltoetsen (keyboard shortcuts) zijn geen apart programmaatje, maar functionaliteit die is ingebouwd in het besturingssysteem (Windows, MacOS, …). Sneltoetsen laten je toe om veel sneller te werken door niet constant naar je muis te moeten overschakelen.
Het idee is dat een paar toetsen op je toetsenbord indrukken veel sneller is dan je muis “verplaatsen – klikken – klikken” of eindeloos scrollen. Het spaart veel tijd uit en zorgt voor veel minder belasting van je pols (muisarm RSI).
Begin met een paar toetsen, je moet ze niet in een keer allemaal willen gebruiken. De meeste combinaties kan je met 2 of 3 vingers je linkerhand maken.

Je hebt de gewone toetsen met een eigen functionaliteit, de modificerende toetsen en de toetsen die aan andere functie krijgen wanneer je ze combineert met de modificerende toetsen.
De sneltoetsen die ik het meest gebruik vindt je hier in 4 stappen (voor MacOS vervang je in de meeste gevallen CTRL en ALT door Command). De toetsen uit stappen 1 en 2 moeten basiskennis zijn. In combinatie met stap 4 maak je dan grote sprongen in efficiënt werken met tekst zonder de muis.
- Doe stap 1 een week (let erop om voor al die acties die toetsen te gebruiken, niet de muis)
- Voeg de tweede week stap 2 toe.
- De derde week voeg je de groen gekleurde combinaties toe van stap 3 en 4.
- De vierde week kies je nog een paar extra combinaties van stap 3 en 4, die je nuttig lijken.
Stap 1: Gebruik de gewone toetsen voor wat ze dienen
- TAB om naar het volgende veld in een invulformulier of tabel gaan.
- PG▲ en PG▼ (PgUp/page-up en PgDn/page-down) om per schermpagina naar boven of onder te bladeren, te scrollen.
- END, HOME en ← → ↑ ↓ (in een tekstverwerker resp. naar einde van de regel springen, naar begin van de regel, per letter of regel naar links-rechts-boven-onder)
Stap 2: Combineer met SHIFT = selecteren
Gemodificeerd met SHIFT selecteren deze toetsen tekst. Dat is gemakkelijker, nauwkeuriger en minder frustrerend dan met de muis:
- SHIFT + ← of → of ↑ of ↓ (selecteer tekst)
- SHIFT + END of HOME (selecteer vanaf de cursor tot aan het einde of begin van de regel)
- SHIFT + PG▲ of PG▼ (selecteer schermpagina naar boven of naar beneden)
Ook gecombineerd: zolang je de SHIFT ingedrukt houd kan je met END HOME ← → ↑ ↓ PG▲ en PG▼ in alle richtingen tekst selecteren.
Alleen met TAB selecteer je niets: SHIFT + TAB gaat naar het vorige veld.
In sommige programma’s kunnen bepaalde combinaties een andere functie krijgen, maar dat zie je wel zodra je de toetsen uitprobeert.
In het groen de sneltoetsen die je absoluut moet kennen.
Stap 3: Navigatie tussen vensters/tabs/programma’s
- ALT + TAB (tussen vensters/programma’s wisselen)
- CTRL + TAB (naar het volgende tabbladen springen, bvb in je browser)
- ALT + F4 (een programma/venster afsluiten)
- CTRL + F4 (een tabblad sluiten)
- WIN + E (Verkenner openen)
Met SHIFT omkeren:
- SHIFT + TAB gaat naar het vorige veld
- SHIFT + CTRL + TAB springt naar het vorige tabblad
- SHIFT + ALT + TAB springt naar het vorige venster
Stap 4: CTRL combinaties
- CTRL + C (kopiëren)
- CTRL + X (knippen)
- CTRL + V (plakken)
- WIN + V (plakken vanuit de plakbord/clipboard geschiedenis. Je krijgt een lijst te zien van de 25 laatste dingen die je gekopieerd hebt in de huidige Windows sessie. Een enorm gemak!)
- CTRL + A (Alles selecteren)
- CTRL + Z (undo – ongedaan maken van de laatste actie. Hoeveel acties je terug kan gaan hangt van het programma af)
- CTRL + Y (redo – ongedaan maken van het ongedaan maken)
- CTRL + S (Save – opslaan)
- CTRL + F (Find – zoeken, dat werkt niet alleen in tekstverwerking, maar ook in je browser, PDF lezer, etc…)
- CTRL + END of HOME (spring naar de laatste resp. eerste regel van een document, werkt ook in de browser)
Als je tekst geselecteerd hebt kan je die snel vet, cursief of onderlijnd zetten:
- CTRL + B (Bold – vet)
- CTRL + I (Italic – cursief)
- CTRL + U (Underlined – onderlijnd)
Dit zijn standaard combinaties die zowat overal werken, in alle programma’s.
Er zijn er nog veel meer, misschien zijn er nog bij voor acties die jij veel doet: Sneltoetsen in Windows.
Stap 5: Leer specifieke sneltoetsen voor programma’s waar je veel mee werkt
Elk programma ondersteunt naast de standaard sneltoetsen ook programmaspecifieke sneltoetsen. Het loont de moeite om die te leren voor acties die je vaak uitvoert. Meestal vind je de toetsencombinaties achter het betreffende commando in de menu’s.
